De tekst in dit bestand wordt weergegeven in de originele, verouderde spelling. Er is geen poging gedaan de tekst te moderniseren.
Afgebroken woorden aan het einde van de regel zijn stilzwijgend hersteld.
Overduidelijke druk- en spelfouten in het origineel zijn gecorrigeerd; deze zijn voorzien van een dunne rode stippellijn, waarbij de Brontekst via een zwevende pop-up beschikbaar is.
Variaties in spelling (met/zonder accent, met/zonder koppelteken, met/zonder spatie, met/zonder superscript) zijn behouden.
Een overzicht van de aangebrachte correcties is te vinden aan het eind van dit bestand.
Van dezelfde schrijfster:
„TANTE LOESJE”,
ingenaaid f 1.90, gebonden f 2.50
PIEPKUIKENTJE
DOOR
ANNA HUBERT VAN BEUSEKOM
AMSTERDAM
UITGEVERS-MAATSCHAPPY „ELSEVIER”
1909
Aan mijn jongste zuster.
„Zoo Maartje, is de familie thuis?”
„Ja zeker, juffrouw Lizzy. Gaat u maar naarde serre.”
„Zijn de kinderen al naar bed?”
„O jé ja, juffrouw. Doe u uw goed niet af?”
„Nee, ik kom maar eventjes.”
Maartje verdwijnt naar de keuken en ik treedna 'n zacht klopje de huiskamer in, waar volslagenduisternis heerscht. Max en Floor, die in deaangrenzende serre allergenoeglijkst bij hun roodelampje zitten te schemeren, merken niets vanmijn aanwezigheid.
't Is 'n warme Aprilavond, zoo zacht en zoelof 't al zomer was. De glazen deuren staan openen uit 't tuintje stroomt 'n flauwe hyacinthengeurnaar binnen. 't Theewater zingt 'n lijzig liedje. Zezeggen geen van beiden 'n woord.
Floor—ze is de oudste van ons vijven en werdindertijd „'t mooie meisje Beumer” genoemd—zitachter 't theeblad, dat op 't lage eikenhoutentafeltje gereed staat. Haar fijn profieltje met 't grappige wipneusje teekent zich nog vrij scherpaf tegen den lichteren achtergrond. Van Max zieik enkel 't stukje schouder en rug; hij verdwijntbijna geheel in de schaduw van 'n grooten palm.
„Hm... hú-ùm,” kuch ik.
Nu kijken ze beiden op. Floor springt half overeindin haar rieten stoeltje met 'n:
„Hè kind, wat laat je ons schrikken!”
En Max' ba